top of page
Website banner.jpg

Het is het jaar 1924. Europa is verwoest door een oorlog. Midden in het Zwarte Woud in Zuid Duitsland ligt Grafenhausen. In dit dorpje staat één hotel: Hotel Grafenhausen. De tijd is hier stil blijven staan. De oude bewaker werkt hier al bijna 50 jaar. Maar nu gebeuren er vreemde dingen in het hotel. Gasten verdwijnen, buiten is gehuil te horen. ‘s Nachts fladderen er vleermuizen rond. De gasten hopen op een rustige vakantie, maar in dit oude hotel komen legendes en mythes samen. Het gerucht gaat dat er weerwolven en vampiers zijn. Maar dat is natuurlijk fantasie. Of toch niet?

 

Hotel Grafenhausen is een variant op het bekende weervolven- of maffia-spel, met aanpassingen die het perfect maken voor de talenles (zie hieronder).

​

​

​

​

​

Het spannendste spel voor de talenles!

Dit fascinerende spel voor de talenles is een variatie op het bekende weerwolven- of mafiaspel, speciaal ontwikkeld voor gebruik in grotere groepen. 

​

Bijzonderheden:

  • hogere omloopsnelheid

  • met kansen om terug in het spel te komen (waardoor de leerlingen die af zijn, toch bij het spel betrokken blijven)

  • veel begrijpelijke input in de doeltaal voor het versterken van de luistervaardigheid

  • discussie in de doeltaal

 

Vier redenen waarom dit spel perfect is voor gebruik in de talenles:

​

  1. Wanneer je dit spel met je leerlingen speelt, zul je als docent waarschijnlijk de rol van spelleider op je nemen. Als spelleider kun je niet anders dan je leerlingen voorzien van grote hoeveelheden hoogfrequente taal: 'kijkt naar, loopt naar, gaat slapen, pakt, wordt wakker, wil, heeft, kan ... zien, kan ... horen', enzovoort.
    Je kunt dit spel al spelen op een heel basaal taalnniveau. Iedere volgende keer dat je het speelt, bouw je voort op eerdere keren en verrijk je de taal, waarbij je er natuurlijk voor zorgt dat alles begrijpelijk blijft voor de spelers. 
     

  2. Het spel biedt veel mogelijkheden voor verhalen, voor het uitdiepen van personages en motieven. Ook is er veel gelegenheid tot het stellen van vragen. Tijdens de nachtfases kun je praten over de achtergrond, het uiterlijk en de eigenschappen van de personages die tijdens de nacht actief zijn. Op een beginnersniveau kan dat zoiets zijn als: "De weerwolven lopen door het hotel. Ze zijn harig en ze ruiken vies. Hun ogen geven licht in het donker. Nu gaan ze een kamer in. Wie slaapt er in die kamer?" 
     

  3. Tijdsen de dagfases kun je de discussie leiden in de beschuldigingsronde, waarbij je iedere opmerking van leerlingen bevraagt en parafraseert: "Dus jij denkt dat je een geluid hoorde? Hoorde je een hard of een zacht geluid? Waar hoorde je het geluid precies? Denk je dat het geluid van een monster was?" Op een iets hoger niveau: "Zij zegt dat jij er verdacht uitziet omdat je probeert niet naar haar te kijken. Wat heb jij daarop te zeggen?" Enzovoort, enzovoort. 
     

  4. Leerlingen kunnen helemaal opgaan in het spel, zowel door het verhalende deel - wanneer dit goed gedaan wordt, creëert het een bijzondere sfeer - als door de beschuldigingsronde, waarin leerlingen proberen elkaars blikken, handelingen en houding te interpreteren. Vaak blijven zelfs de leerlingen die niet meer meedoen, toch betrokken bij het spel, en moeten ze moeite doen zich niet in de discussie te mengen. 

​

Dus waar wacht je nog op? Koop het spel en begin meteen te spelen!

bottom of page